|
Van liberalisme en nihilisme naar illiberale autocratie (1881-heden)
Autocratie als rode draad door conservatisme in Rusland (3)
Marcel Bas
Tsaar Nicolaas II in de Staatsdoema.
10/02/2022
Autocratie als rode draad door conservatisme in Rusland:
Deel 1: Autocratie: van hervorming naar stabilisering (1448-1810)
Deel 2: Naar een ideologische onderbouwing van autocratie (1811-1881)
Door: Marcel Bas | |
Opmerking bij afbeelding: Tsaar Nicolaas II in de Staatsdoema. Na de revolutie in 1905 zag tsaar Nicolaas II zich genoodzaakt hervormingen door te voeren. Zo werd onder meer de Staatsdoema opgericht, een wetgevende volksvertegenwoordiging waarmee de tsaar de macht moest delen.
Nadat tsaar Alexander II was vermoord door een extreemlinkse terreurgroepering besteeg zijn zoon, tsaar Alexander III (1881-1894), de troon. Geschrokken van de gevolgen van zijn vaders liberale beleid en bijgestaan door zijn reactionaire oud-leraar en nu adviseur Konstantin Pobedonostsev, besloot Alexander III tot het behoud en verder aanspannen van de autocratie.
Manifest voor Onwankelbare Autocratie
Bij proclamatie kondigde hij in 1881 het (door Pobedonostsev opgestelde) Manifest voor Onwankelbare Autocratie af. Om Rusland onafhankelijk en sterk te houden dienden Russen vormen van zelfbestuur op te geven. De macht van het regionale plattelandszelfbestuur (zemstvo) en van de landadel werd ingeperkt. Dit ging ten gunste van door de regering aangewezen bureaucratische landeigenaren. Die kregen de leiding over de miry: christelijke communes waar de boeren sinds de feodalisering in leefden en waar zij een redelijke vorm van autonomie genoten.
Aldus werden overal in het land aan de tsaar loyale bureaucraten aangesteld. Allerlei hervormingen werden teruggedraaid en de trits ‘Orthodoxie, Autocratie en Volksverbondenheid’ werd in ere hersteld. Kerk en Staat zouden samen optrekken tegen dreigend moreel en lichamelijk verval van de bevolking. De vrije pers werd afgeschaft, een wreed opererende geheime politie werd opgericht worden. Joden, omdat zij oververtegenwoordigd waren in revolutionaire en nihilistische bewegingen, werden als gevaar gezien.
Isolationisme tegen de verlichting
Als grootste taak voor de staat zag Pobedonostsev de handhaving van de orde, stabiliteit en eenheid onder de mensen. Hij verzette zich tegen de industrialisering en modernisering van Rusland. Zo ook verhief hij het slavofiele ideaal van ‘terug naar de bodem’ (potsjvennitsjestvo) tot staatsideologie. Volgens dit ideaal kon het herstel van Rusland slagen door juist te putten uit de oorspronkelijke morele en religieuze krachten van de Russisch-orthodoxe boer. Het vormde de antithese van de radicale, en vaak abstracte, van grond en volk losgezongen ideeën van de intelligentsia zoals liberalisme, nihilisme en communisme.
Ook dit reactionaire beleid vond steun onder bepaalde Russische intellectuelen. Zo vond Pobedonostev een groot bewonderaar in de ook in deel 2 genoemde grote slavofiel Leontjev. Leontjev was consulair agent geweest in de door de Ottomanen overheerste Balkanlanden. Daar raakte hij ervan doordrongen dat Rusland enkel onder autocratische bescherming verschoond kon blijven van Europa’s verlichte maatschappelijk-culturele vervlakking. Autocratie zou Rusland kunnen ‘bevriezen’. Bevriezen, zoals de Ottomanen dat met de Balkanvolkeren deden door de infrastructuur onderontwikkeld te laten, de volkeren te vrijwaren van invloeden van buitenaf, doch de orthodoxe Kerk toe te staan een veilige haven te zijn voor de volksziel, volkscultuur en de godsdienst van de voorouderen. Door bevriezing zou ook Rusland van ontbinding kunnen worden gered.
“Om sterk en onafhankelijk te blijven, diende Rusland volgens Danilevski autocratisch te blijven.”
| |
Leontjev was op zijn beurt beïnvloed door filosoof en natuurwetenschapper Nikolaj Danilevski. Die schreef in zijn beroemde boek Rusland en Europa (1895, heruitgegeven in het Engels in 2013) dat Rusland veel heeft om trots op te zijn. En hij voerde aan dat de westerse beschaving er slechts een uit vele is. Om sterk en onafhankelijk te blijven, diende Rusland volgens Danilevski autocratisch te blijven. En om de christelijke broedervolkeren te bewaren, diende er een Panslavische Unie te komen. Hierin zou een reeks Slavische en cultureel verwante, of geopolitiek naburige, autonome koninkrijken (inclusief Roemenië en Hongarije) in personele unie verbonden zijn met de Russische Romanov-dynastie.
Grote instabiliteit
De onvermurwbare Alexander III stierf onverwachts. Hij werd opgevolgd door zijn onvoorbereide zoon, tsaar Nicolaas II (1894-1917): de tragische laatste tsaar van Rusland. Nicolaas II erfde een zeer instabiel land. Ook hij was opgeleid door Pobedonostsev en begon zijn bewind repressief. De repressie van zijn vader had echter de revolutionaire bewegingen vooral militanter gemaakt. Armoede bleef om zich heen grijpen omdat veelal haveloze boeren sinds hun bevrijding massaal naar de grote steden bleven trekken. Daar werden ze uitgeknepen door binnen- en buitenlandse kapitalisten.
Verder verzetten almaar meer volksgroepen zich tegen de russificatie. In het gehele Rijk heerste er een gespannen onvrede. Na een massale volksopstand voor betere leefomstandigheden en de instelling van een democratische republiek (de revolutie van 1905) ging Nicolaas in 1906 noodgedwongen over tot verregaande hervormingen. Zo stelde hij de eerste Russische grondwet in. Er kwam ook een wetgevende volksvertegenwoordiging, de Staatsdoema, waarmee de tsaar de macht moest delen. Die Staatsdoema bestond overwegend uit liberalen.
“Van de Staatsdoema eiste de tsaar geen oppositie, maar loyaliteit en samenwerking.
”
| |
Wel kon Nicolaas II op elk moment een veto over wetgeving uitroepen. Hij was ervan overtuigd dat hij het volk, dat God aan hem had toevertrouwd, zoveel mogelijk moest beschermen tegen de willekeur van een representatieve regering. Hij omringde zichzelf met autocratische ministers als Sergej Witte en de conservatieve, in 1911 voor de ogen van Nicolaas vermoorde, Pjotr Stolypin. Daadwerkelijke verandering werd afgeremd. Van de Staatsdoema eiste de tsaar geen oppositie, maar loyaliteit en samenwerking. Socialistische demonstraties werden door Stolypin ook keihard neergeslagen.
Revolutie
Tijdens de Eerste Wereldoorlog raakte het land ernstig verzwakt. Na een aantal rampzalige, overmoedige autocratische besluiten zetten het legers en stakers de tsaar (nu zelfbenoemd opperbevelhebber van de strijdkrachten) af. Liberalen hoopten dat hun regeringspartij, de ‘Kadetten’, de revolutie zou leiden. Maar zij verloor in de Doema steun nadat ze in 1917 als enige niet-socialistische partij was overgebleven en verantwoordelijk was voor kabinetscrises. De Kadetten moesten een coalitie met gematigde socialisten aangaan. Die zagen zich echter uit imago-overwegingen genoodzaakt de inmiddels getalsmatig veel sterkere, communistische bolsjewieken te steunen.
Nadat de bolsjewieken, financieel gesteund door Duitsland, via een staatsgreep de tijdelijke regering buiten spel hadden gezet en de macht hadden gegrepen, begonnen zij de liberalen en andere niet-communistische bewegingen te onderdrukken. Wederom was de rol van het liberalisme in Rusland uitgespeeld.
Hierop volgde een bloedige, zesjarige burgeroorlog die in 1922 beslecht werd met een overwinning voor de bolsjewieken. Die grepen nogmaals de macht en doopten het Rijk om tot de Sovjet-Unie (USSR).
Van autocratie naar dictatuur
De Unie zou niet imperialistisch maar confederatief zijn, bestaande uit Rusland en de provincies, die nu Sovjetrepublieken waren. In 1945 zou de USSR uitgebreid worden met de Baltische staten en Bessarabië (Moldavië). Hongarije, Roemenië en de Slavische landen werden dan weer tot satellietstaten van de Sovjet-Unie gemaakt.
De ‘confederatie’ bleek echter een tirannie. De reuzentaak om het land en de mens naar communistische idealen om te vormen kon enkel slagen als ieders leven tot in de fijnste details werd beheerst door middel van een nietsontziende, gecentraliseerde dictatuur. De politieke basis van de USSR werd gevormd door raden (sovjets). Die hadden vertakkingen in alle bestuurslagen. Via de Sovjet-Unie als geheel stonden zij onder controle van de in Moskou gevestigde Opperste Sovjet. De Sovjetrepublieken werden verder onder controle gehouden door de communistische partij. Die had in elke republiek een door het Moskouse Politbureau geleide afdeling. Bovendien moest in elke republiek de politieke leider een lokale ambtenaar zijn, terwijl de partijleider van buiten de republiek afkomstig moest zijn.
“Het communisme zou de Russen nog verder weghouden van het liberalisme door antiliberalisme, antikapitalisme en anti-individualisme te preken.”
| |
Het communisme zou de Russen nog verder weghouden van het liberalisme door antiliberalisme, antikapitalisme en anti-individualisme te preken. In theorie was de Sovjet-Unie internationalistisch. Haar politiek en propaganda waren echter duidelijk collectivistisch, en in de sovjetrepubliek Rusland gaf het regime vaak ruimte aan (antiwesters) nationalisme.
De hervormingen van secretaris-generaal en later president Michail Gorbatsjov (1985-1991) in de jaren negentig maakte een eind aan deze totalitaire Unie. Zij ontketenden allerlei politieke krachten die Moskou’s beheer over de oude gewesten verder deden verzwakken, waarna de Sovjet-Unie uiteenviel.
Kortstondig maar traumatisch: nogmaals liberalisme
Gorbatsjov verving de communistische dictatuur met democratie. Daarna liet president Boris Jeltsin (1991-1999) de Russen wederom kennismaken met het liberalisme — en genas hen ervan. Het land werd onder hem namelijk wederom door buitenlandse kapitalisten beroofd en burgers werden uitgeknepen — ditmaal onder de vlag van vrijheid, democratie en de open samenleving. Thans associëren Russen liberalizm en democratie met deze tijd van verval, armoede, prostitutie, zedeloosheid, bandeloosheid, oligarchen, vernedering en nihilisme.
Vladimir Poetin
Onder de huidige president Vladimir Poetin (sinds 1999) herstelt Rusland zich weer van de verwestersing en het liberalisme, opnieuw binnen een autocratisch bestel. De Russisch-orthodoxe Kerk is terug maatgevend voor de nationale moraal. En in ruil voor het opgeven van bepaalde burgerrechten, hebben burgers nationale onafhankelijkheid, welvaart en een mate van trots teruggekregen. Men is trots op het eigen volk, de cultuur, geschiedenis en Kerk. Bij de aanblik van het etnische en morele verval in het Westen zien de Russen waar het liberalisme ook toe in staat is, en hoe je je land maar beter niet kunt laten regeren.
“tegen 1997 beseften ze dat die open samenleving tot roofzuchtige oligarchie en vernedering leidde”
| |
Stapsgewijs hebben Russen voor Poetins autocratie gekozen. Na het communisme moesten zij kiezen tussen liberale democratie — een open staatsinrichting — en een partijautocratie. Omdat het sovjetpartijtotalitarisme niet beviel, kozen ze halverwege de jaren negentig voor liberale democratie. Maar tegen 1997 beseften ze dat die open samenleving andermaal tot roofzuchtige oligarchie en vernedering leidde. Uiteindelijk moesten ze tegen het jaar 2000 kiezen tussen oligarchie en Poetins eigenmachtige autocratie — en kozen ze voor die laatste. Men heeft beseft dat een autocraat nog oog zou kunnen hebben voor het welzijn des volks en zich zou inzetten voor de grootsheid van de natie. Doet hij dat niet, dan graaft hij zijn eigen graf. Oligarchen daarentegen roven enkel van het volk en het land zonder daarvoor rekenschap te hoeven afleggen. De Russische bevolking heeft Poetin volmachten gegeven om boven de wet bijvoorbeeld de grondwet te kunnen aanpassen. Poetins nationalisme en illiberale, geleide democratie — dus stemrecht met weinig keuze — lijkt dan ook weinig Russen (een kleine minderheid van liberalen daargelaten) te storen.
Rusland is niet westers
We zien dat in Rusland het conservatisme en nationalisme het telkens van het liberalisme gewonnen hebben. De oorzaak hiervoor ligt in de onrealistische, idealistische beloften van de liberale democratie en de realistische, ietwat gelaten aard van de bevolking.
De bevolking heeft nooit veel aanleiding gehad zich echt politiek te organiseren. Vroeger bestond het land uit een elite en een gigantische massa rechtelozen. Rivaliserende belangengroepen dongen naar de gunst van de Kroon. Die speelde hen dan weer tegen elkaar uit. Daarop kozen de belangengroepen uit afhankelijkheid van de tsaar voor autocratie. Actief burgerschap, de basis voor de westerse liberale democratie, was vrijwel afwezig omdat een grote middenklasse ontbrak en omdat de grootste, lage, klasse door geloof, grond en ernische solidariteit bijeengehouden werd. Liberale ideeën zoals bevrijding van collectieven, onvervreemdbare individuele rechten en de rechtsstaat bleven derhalve slechts een filosofische exercitie.
Tegenwoordig vindt liberale democratie in Rusland evenmin een goede voedingsbodem en is het collectivisme er, als vanouds, heersend. Sowieso vereist een (ook nu nauwelijks aanwezige) vorm van actief burgerschap politieke betrokkenheid. Net daaraan ontbreekt het bij de Russen. Men heeft niet de tijd, de energie of de ingesteldheid om, zoals in het Westen, actieve gemeenschappen, actiegroepen of maatschappelijke bewegingen te vormen die mensen ook buiten de verkiezingen tot politieke actie aansporen.
Expansie en agressie vanuit het Westen
Ondertussen lijden de Russen onder de huidige westerse sancties tegen hun land (de inkomens dalen al zeven jaar lang) en de toenemende omsingeling door de westerse NAVO en haar bondgenoten. Wat men hoopt is dat Poetin het volk met trots en betere economische vooruitzichten door de zware tijd kan loodsen. Grondwetsaanpassingen en autocratische bevoegdheden moeten Poetin daarvoor de noodzakelijke slagkracht geven.
“Ondertussen lijden de Russen onder de huidige westerse sancties tegen hun land”
| |
Met Poetin zullen het Westen en de globalisten niet de kans krijgen het land nog eens te vernederen en te plunderen zoals ze dat ten tijde van Gorbatsjov en Jeltsin deden. Evenmin zullen ze — zolang Rusland sterk blijft en zijn ruimtelijke gelding behoudt — de kans krijgen een eenpolige wereld tot stand te brengen waarin zij het voor het zeggen zullen hebben. En zolang Rusland en China tegenwicht blijven bieden aan deze eenpolige machtsdroom van de globalisten, zal het noordelijk halfrond veelpolig, multipolair, blijven. Alleen dan kunnen onderscheidenlijke geopolitieke ruimten hun eigenheid behouden.
Met een sterk Rusland zullen de NAVO en haar globalisten uit het Westen gedwongen zijn hun machtsuitbreiding in Oekraïne te staken om niet de Russische invloedssfeer verder aan te vreten. Bovendien had de NAVO in 1990 toegezegd niet verder oostwaarts op te rukken. Ze deed echter het tegenovergestelde, en dat accepteren de Russen, bij monde van Poetin en zijn minister van Buitenlandse Zaken Lavrov, niet. Eenieder die de multipolaire wereld lief is zou evenmin moeten accepteren dat het Westen koppig Oekraïne probeert om te vormen tot een vazal aan Ruslands grenzen. De Russen beseffen dat de Verenigde Staten uiteindelijk via Oekraïne zullen proberen Rusland economisch en militair op haar knieën te dwingen.
De NAVO en haar westerse globalisten zullen dit uiteraard nooit toegeven. Zij vinden Ruslands verzet tegen het Oekraïens lidmaatschap van de NAVO moeilijk te slikken. Dus kiezen zij voor oorlogstaal en russofobie. Zij wijzen erop hoe raar en vreemd Rusland is, en dat het niet betamelijk is dat een zo groot land niet dezelfde westerse liberaal-democratische waarden deelt. Liever hadden de globalisten een verzwakt Rusland gehad dat zij als eenpolige macht konden gebruiken en aanleren hoe het moet denken, zoals net na de tweepolige Koude Oorlog. Maar die tijden zijn voorbij. Dankzij Poetins geopolitiek, ondersteund door zijn in eigen land breedgedragen, nieuwe autocratisch bestel.
Conservatisme, isolationisme en eigen geopolitieke ruimte
Ruslands politieke geschiedenis is getekend door een zwalken tussen Russische conservatieve autocratie en westerse liberale hervormingen. Telkens leidde het liberalisme er tot een verzwakking, waar buitenlandse mogendheden en kapitalisten misbruik van maakten. Of het liberalisme moest, zoals in de twintigste eeuw, plaatsmaken voor nihilisme en/of een revolutie waar het zelf de ruimte aan gegeven had. In alle gevallen volgde als tegenreactie een veel langduriger conservatief bewind in de vorm van autocratie en antiwesters isolationisme. Thans is ook de conservatief Poetin — evenals zijn voorgangers bedreven in het inzetten van officieel toegestane Russische nationalistische stromingen — zich bewust van de unieke aard van Rusland.
Hieraan is hij Danilevski, Leontjev en een eigentijdse denker als Aleksandr Doegin schatplichtig. Volgens hem is Rusland niet Europees en niet Aziatisch — of misschien is Rusland juist allebei. Rusland is een Euraziatisch land dat zijn eigen geopolitieke ruimte opeist, en zijn eigen aanpak van politieke en maatschappelijke realiteiten kent. Die aanpak mag dan niet perfect zijn en niet westers, maar hij geldt beslist als beproefd en goed voor Rusland.
Gebruikte bronnen
Danilevskii, Nikolai, Russia and Europe: The Slavic World's Political and Cultural Relations with the Germanic-Roman West. Bloomington: Slavica Publishers, 2013. Boek.
Dugin, Alexander, Last War of the World-Island: The Geopolitics of Contemporary Russia. London: Arktos, 2015. Boek.
Dugin, Alexander, The Fourth Political Theory. London: Arktos, 2012. Boek.
Leontiev, Konstantin, Byzantinism & Slavdom. Zvolen: Taxiarch Press, 2020. Boek.
Leontjew, Konstantin, Der Durchschnitts-Europäer: Ideal und Werkzeug universaler Zerstörung. Wien: Karolinger Verlag, 2000, Boek.
Pipes, Richard, Russian Conservatism and its Critics: A Study in Political Culture. New Haven, CT: Yale University Press, 2005. Boek.
Pipes, Richard, Karamzin's “Memoir on Ancient and Modern Russia,” A Translation and Analysis. Cambridge: Harvard University Press, 1959. Boek.
Pobedonostseff, Konstantin, Reflections of a Russian Statesman. London: Grant Richards, 1898. Boek.
Riasanovsky, Nicholas V. A History of Russia. Oxford: Oxford University Press, 2000. Boek.
Autocratie als rode draad door conservatisme in Rusland:
Deel 1: Autocratie: van hervorming naar stabilisering (1448-1810)
Deel 2: Naar een ideologische onderbouwing van autocratie (1811-1881)
Dit artikel is in verkorte vorm verschenen bij de Vlaamse nieuws- en opiniewebstek Doorbraak.
|
|
|