Naar hoofdbladzijde / Na hoofbladsy
  Thuis/Tuis   |   Marcel Bas   |   Nieuws/Nuus   |   Vragen/Vrae   |   Links/Skakels   |   Contact/Kontak


Artikelen en bijdragen
Artikels en bydraes

De Afrikaanse taal
Die Afrikaanse taal

De Nederlandse taal
Die Nederlandse taal

Zuid-Afrika
Suid-Afrika

De Afrikaanstaligen
Die Afrikaanstaliges

De Nederlandse cultuur
Die Nederlandse kultuur

Heel-Nederland
Groot-Nederland

Europa
Europa

De volksliederen (MP3)
Die volksliedere (MP3)

Texts in English
Tekste in Engels

Het Zwarte Piet-hoekje
Die Zwarte Piet-hoekie

Grote AF-NL woordenlijst
Groot AF-NL woordelys



U kunt hier het boek bestellen





Teken of kyk na ons besoekersboek



Volg ons ook
op Facebook

Volg ons ook op Facebook

De Roepstem
Die Roepstem




Verengelsing in Nederland en Suid-Afrika

Over Afrikaanstaligen die zich moeten verengelsen en over Nederlandstaligen die zich willen verengelsen



Door Han van Liempt en Marcel Bas

Inhoudsopgave van deze bladzijde:

  • Gaat 't Nederlands dezelfde kant uit als 't Afrikaans?

  • Verengelsing van de Universiteit Leiden is een feit
  • Het Nederlands en Afrikaans visitekaartje - de eigen taal - wordt buiten de deur gezet
    Het Nederlandse visitekaartje
    wordt buiten de deur gezet



    Tweeten
    Twiet

      27/08/2003



    Gaat het met het Nederlands dezelfde kant uit als het Afrikaans?

    Een pleidooi voor actie vanuit Nederland en Vlaanderen

    - Door Han van Liempt

    Han van LiemptZuid-Afrika heeft al een aantal jaren erg te lijden onder het verengelsingsproces, net als Nederland. Het is de vraag of het niet verstandig is om als twee talen met gemeenschappelijke wortels de koppen bij elkaar te steken en hierin samen te werken tegen deze sluimerende bedreiging van onze talen. Het is te betreuren dat de Nederlandse Taalunie afwijzend staat tegenover het opnemen van het Suid-Afrikaans in onze taalgemeenschap. Samen immers zouden de 16 miljoen Nederlanders en 6 miljoen Vlamingen en de 6 miljoen Afrikaanstaligen uitkomen op 28 miljoen mensen die een sterkere vuist kunnen maken, van elkaar kunnen leren en weer naar elkaar toe groeien. Want gaat 't met het Nederlands niet dezelfde kant op?

    Zou zich deze gelijksoortige situatie in Engeland, Amerika, Duitsland, Frankrijk, etc. hebben voorgedaan, dan was er bij deze landen al een of ander verbond ontstaan dat vergaande samenwerking voorstond.

    De gevoelens die Nederlandstaligen tegen Suid-Afrikaanstaligen hebben en die nog stammen uit het Apartheidstijdperk zijn in mijn ogen achterhaald en niet meer van deze tijd, temeer omdat je de ontwikkeling in Zuid-Afrika nu in een omgekeerde Apartheid ziet ontaarden.

    Hebben wij in Zuid-Afrika, waar we onze eigen taal kunnen spreken en lezen, niet nog enorme belangen? Dit veel grotere land biedt zo?n lekker klimaat, natuurschoon en vooral ruimte. Het Afrikaans is naast het Nederlands een taal die door mensen van alle afkomst en huidskleur gesproken wordt; dit is in Nederland zelfs in toenemende mate het geval. We zouden eens wat ruimer moeten denken.

    Natuurlijk is er bij ons de vrees bij Amerika en Engeland in onmin te raken als wij collectief zo zouden denken, maar we kunnen beter voor de aanval kiezen dan langzaam als taalgemeenschappen weg te kwijnen en uit te sterven.

    Bovendien hebben wij momenteel wat krediet; zeker gezien de politiek van de Amerikaanse president Bush en de Britse eerste minister Blair ten opzichte van Irak en het vermeende bezit van massavernietigingswapens, en zeker gezien de arrogantie van deze twee machthebbers die denken dat de hele wereld wel Engels zal praten en zelf geen enkele moeite doen om ook maar een woord uit bijvoorbeeld onze zeer oude taal over te nemen. En dan te bedenken dat het Nederlands destijds als Amerikaanse taal gekozen had kunnen worden!

    Wat moeten de Nederlandse en de Vlaamse regeringen doen om een signaal af te geven dat het zo niet verder gaat en dat de maat vol is? Welnu:

  • De ontwikkelingshulp van onze beide regeringen ten aanzien van Zuid-Afrika moet effectiever bijdragen tot een taal- en cultuur-beeldvormingsproces door in het onderwijs het Afrikaans financieel te steunen en niet het Engelstalige. Bewijs dat het Afrikaans niet de taal van de onderdrukking is, maar een middel om je kennis eigen te maken en verderop te komen in de welvaart en ontwikkeling.

  • Als onze vorsten (de Belgische en de Nederlandse) op staatsbezoek gaan in Zuid-Afrika moeten zij in het openbaar voor een veel groter deel in het Nederlands spreken. Dit geldt ook voor onze regeringsleiders die er komen. Maar ook wij persoonlijk moeten moeite doen om ons de Suid-Afrikaanse klanken weer eigen te maken en het als een vanzelfsprekendheid te zien dat we elkaar zonder tussenkomst van het Engels kunnen verstaan.

  • De nationale trots BVN-tv (= Beste van de Vlaamse en Nederlandse t.v.; op de satelliettelevisie in Zuidelijk Afrika te ontvangen; bezoek de webstek op http://www.bvn.nl) moet naast het Nederlandse NOS- journaal en het VRT-journaal ook eenmaal per avond het Afrikaanstalige "Nuus om Sewe" herhaald ondertiteld uitzenden en als dit extra kosten met zich meebrengt moet dat uit de ontwikkelingshulppot worden betaald. Dit geldt ook voor samenwerking op radiogebied. Het enige Afrikaanstalige landelijke radiostation Radio Sonder Grense (http://www.rsg.co.za) moet samenwerken met Nederlandse en Vlaamse omroepen c.q. Wereldomroepen. Op de Nederlandse en Vlaamse radio moet af en toe Afrikaantalige muziek te horen zijn en op de Nederlandse televisie moeten Afrikaans gesproken en van ondertiteling voorziene programma?s te zien kunnen zijn en niet angstvallig naar Engels worden teruggegrepen alsof wij ons moeten schamen voor onze cultuur.

  • Nederland en Vlaanderen moeten Afrikaanstaligen die naar onze Lage Landen terug willen komen om zich hier opnieuw te vestigen een voorkeursbehandeling geven en niet over een kam scheren met niet- Europeanen en allochtonen.

    Dit rijtje kunt u zelf afmaken om de klok weer terug te draaien en natuurlijk te leren uit de fouten die het verleden heeft gekend. Zouden wij een paar van deze regels invoeren dan zou het er voor de toekomst van het Nederlands en Afrikaans weer een stuk beter uitzien en hoeven wij onze eigen taal en cultuur niet te verlaten.
    Gelukkig is Zuid-Afrika voor de verre vakantiebestemmingen van Nederlanders en Vlamingen op dit moment zeer populair en staat het relatief in de top, zelfs boven Australië.

    Als u besluit eens met vakantie naar Zuid-Afrika te gaan, kijk dan maar eens goed rond, zie het mooie en gastvrije land en praat eens Nederlands met een van die 16 miljoen zwarte, bruine of blanke Zuid-Afrikanen die we met weinig moeite kunnen verstaan*) en kom tot verrassende ontdekkingen en exotische geestverruimende inzichten over dit nieuwe Zuid-Afrika dat zeer zeker geen Engelssprekend land is, in tegenstelling tot wat wij door de Angelsaksische beeldvorming maar al te gauw denken.
    De hervatte uitzendingen op internet van de Radio Sonder Grense zijn te volgen via www.rsg.co.za

    ----------------------------------------------

    *) Totaal: 43 miljoen Zuid-Afrikanen waarvan 6 miljoen Afrikaanstalig en nog eens 10 miljoen die het kunnen spreken en verstaan.



    Voor reacties:han.van.liempt@hetnet.nl

    Augustus 2003





    Onderstaand artikel is verschenen in het Leids Universiteitsblad MARE, nummer 24, 20 maart 2003. Het is een bijdrage aan de ook in MARE losgebrande discussie over de plannen van de Universiteit Leiden, om in het kader van de internationalisering de Engelse taal als onderwijstaal in te stellen in het afstudeerjaar (op colleges, tentamens, etc.).
    Inmiddels is met ingang van het tweede semester 2003 deze stap naar verdere, doelbewuste verengelsing van onze maatschappij alsmede naar prestigeverlies voor onze Nederlandse moedertaal, een feit.
    Is dit nu een realisering van de Europese Gedachte?


    Verengelsing van de Universiteit Leiden is een feit

    Een pleidooi tegen de afschaffing van het Nederlands als onderwijstaal aan onze academies

    - Door Marcel Bas

    Marcel Bas
    De discussie over het invoeren van het Engels als onderwijstaal voor alle masters (dit zijn de studenten die na het behalen hun bachelorstitel verder zijn gaan studeren voor een masterstitel) toont aan hoe snel Nederlanders zich neerleggen bij het feit dat hun cultuur klein is en hoe groot die van de anderen is, zodat ze in het kader van de internationalisering niet voor die cultuur opkomen. Ergens in het achterhoofd kruipt het cultureel defaitisme rond dat zegt dat onze taal geen kans heeft en dat anderstaligen zich de moeite zouden moeten besparen de taal te leren.

    Ik ken echter legio voorbeelden van studenten die zich op speciale cursussen in het Nederlands hebben verdiept om colleges - zij het aanvankelijk met enige moeite - te kunnen volgen. Daarna gaat de taalverwerving in de collegezalen verbazend snel. Natuurlijk wordt de docent gevraagd iets langzamer te spreken, maar de student slaat twee vliegen in een klap; hij/zij neemt de stof in zich op én leert een andere taal.

    Een goede vriendin van mij is Russische en zij vindt het vanzelfsprekend dat colleges in het Nederlands plaatsvinden, maar zij is dan ook opgegroeid binnen een trotse en voorname cultuur. Ze heeft zelfs een jaar Dutch Studies gevolgd (o.m. bij Frans Blom; zie ook Mare nummer 23, 2003) om goed beslagen ten ijs aan de Universiteit een studie te volgen. Ook dít is internationalisering.

    Waarschijnlijk heeft de universiteit een eigenaardige voorstelling van het begrip globalisering; is dat niet dat onomkeerbare proces, die deus ex machina, die kleinere culturen decimeert? Slechts 10% van de ondervraagden in de in Mare nummer 23 gepubliceerde enquête deelt die visie; Engels als onderwijstaal voor masters ?zou goed zijn voor de Europese gedachte.? Blijkbaar wordt de Europese gedachte voetstoots geassocieerd met het Engels. Echter, een beetje Europese universiteit zou dan voor het Duits kiezen; onder Europeanen spreken ongeveer 98.000.000 mensen Duits van huis uit. Dit overstijgt danig de 57 miljoen van het Engels (jawel, Groot-Brittannië en Ierland tezamen), de 59 miljoen van het Frans en de de 57 miljoen van het Italiaans.

    Een van de charmes van Europa is dat er hier zo veel culturen zijn en er zo veel talen worden gesproken, maar de Universiteit vindt het nodig slechts de de Engelstalige masterstudenten in de eigen taal tegemoet te treden. Buitenlandse studenten verbazen zich over de manier waarmee wij met onze taal omspringen.

    Het vervagen der grenzen en ?de globalisering? kan voor diegenen die elders gaan studeren juist een uitdaging zijn om een nieuwe taal en cultuur te leren kennen. Taal en cultuur zijn niet lastig en geen aanleiding om ten faveure van internationalisering een stuk taalidentiteit op te geven. Integendeel; iedereen mag zien dat we Nederlands zijn en Nederlands spreken. Dát is internationalisering.

    We kijken eens naar universiteiten in andere Nederlandstalige gemeenschappen in de wereld: in de vorige eeuw heeft de Vlaamse Beweging gestreden voor het instellen van het Nederlands als onderwijstaal aan de Vlaamse universiteiten. Omdat de herinnering aan deze taalstrijd tegen het Frans nog voortleeft, koestert men daar de eigen taal met alle zorg en gepaste trots. En: 70 jaar geleden vochten Zuid-Afrikaanse intellectuelen voor Afrikaanstalige universiteiten. De eigen taal verwerd tot een huis-tuin-en-keukentaal, terwijl het defaitisme hun zei dat die nooit tot wetenschappelijke taal kon worden verheven. Het tegendeel bleek het geval. Nu wordt die verdienste afgebroken omdat de Engelstalige meerderheidsregering het Afrikaans niet wil steunen. Maar in Nederland is het Nederlands voor bijna iedereen de moedertaal. Hier doen we echter geheel uit vrije wil precies dátgene met de taal waar ze in Zuid-Afrika niet meer tegenaan kunnen vechten, en wat ze in Vlaanderen lang geleden hebben afgezworen. Wij tornen zélf wel aan het aanzien van het Nederlands. Waar stopt deze ontwikkeling? Nu zijn het de masters, in de toekomst worden het alle studiejaren, totdat de gehele academische wereld in Nederland volledig is verengelst. Als het Nederlands op dat gebied zijn prestige heeft verloren, dan voelen andere instanties en mensen dat ze niet kunnen achterblijven. Taalhistorici en historische sociolinguïsten zullen het beamen: prestigeverlies heeft het verval en de dood van menige taal ingeluid. Beseffen we wel waar we mee bezig zijn?

    Hopelijk realiseren we ons ooit dat onze taal het aanleren waard is en op alle terreinen van het leven de voertaal kan en móet zijn. Hoe internationaal het gezelschap ook; een situatie is werkbaar met studenten die het Nederlands hebben geleerd. De vakliteratuur is meestal al in het Engels opgesteld. Het is tevens niet redelijk om de meerderheid der studenten te confronteren met een vreemde taal, terwijl zij een studie volgen in hun eigen land. We leven hier tenslotte in Nederland.
    Uitzonderingen mogen natuurlijk worden gemaakt voor gastcolleges door buitenlandse docenten, programma's speciaal voor internationale studenten en voor letterenopleidingen, zoals de opleidingen Engelse, Duitse of Franse Taal en Cultuur.

    Voor mijn toekomstige carrière is de aangemoedigde verengelsing van onze maatschappij overigens lucratief en zou ik de ontwikkelingen wijselijk moeten laten voor wat ze zijn!

    Marcel Bas, Student Engelse Taal en Cultuur





    Hierdie bladsy is gepubliseer op 27 Augustus 2003.



  • Tweeten
    Twiet




      Naar boven  |  Marcel Bas, Voorschoten, Nederland   |  © Kopierecht M.R. Bas   |   Volg ons ook op Facebook   Stuur ons een bericht / Stuur ons