|
Tweeten Twiet
10/11/1999 Voorwoord van de redactie Dat het ANC in de periode vóór de machtsovername het Engels als
huistaal gebruikte, lag helemaal voor de hand: het Afrikaans was immers "de
taal van de Apartheid", de taal van het Afrikaner Nationalisme. Maar dat
betekent niet dat het ANC als regeringspartij datzelfde Engels het monopolie
moet geven, en het Afrikaans moet onderdrukken zoals nu op grote schaal
gebeurt. Mandela z'n regering verengelst stelselmatig bijna het gehele Hoger
Onderwijs en de Ministeries. De tv-uitzendingen hebben enkel nog een minimum
aan Afrikaanse uitzendingen, en de Suid-Afrikaanse Lugdiens heeft het
Afrikaans totaal geschrapt. In het Parlement spreekt Mandela — bij mijn
weten — konsekwent Engels, net als z'n partijgenoten, en toch kun je met
Afrikaans 6 miljoen Zuidafrikanen bereiken, en met Engels maar 3.5 miljoen.
Een goed fungerende demokratie eist dat zo veel mogelijk burgers kunnen
volgen wat er in het Parlement gebeurt. Het ANC blokkeert op die manier voor
6 miljoen burgers de mogelijkheid om de gang van zaken in dat Parlement te
volgen. Het stelt dus emoties boven een goed funktioneren van de
demokratie.
Een emotioneel "tegenargument" tot
besluit: geen land ter wereld heeft naar verhouding zó gesteund als
Nederland. Mandela en het ANC weten heel goed dat het Afrikaans niks anders
is als Afro-Nederlands. Al heeft dat vooral onder Afro-invloed een aantal
morfologische vereenvoudigingen ondergaan, het is oer-Nederlands gebleven.
De Engelse naam South-African Dutch is volkomen terecht: het is inderdaad
zelfs Afro-Hóllands, namelijk Beschaafd (Amsterdams) Hollands: de officiële
VOC-taal, de taal ook van Jan van Riebeeck, de wijze, vreedzame,
evenwichtige, gematigde en rechtvaardige grondlegger van de moderne
Zuid-Afrikaanse samenleving, voor alle Zuid-Afrikaners — van welke kleur ook
— een Vader des Vaderlands om trots op te zijn. Leiden, P.C. Paardekooper. Terug naar
het menu, of lees hieronder verder. Het kan duidelijkheid scheppen enige in bovenstaand betoog
geponeerde stellingen en genoemde feiten nader te bespreken: Ten eerste spreekt de heer Paardekooper van
het geleidelijk afschaffen van het Afrikaans door de ANC-regering. Dit is een
gegeven waarmee de Afrikaanstaligen zich elke dag geconfronteerd zien. Op
televisie is het Afrikaans slechts nog een schaduw van wat de taal
oorspronkelijk was op dat medium. Populaire programma's die vroeger echt
tweetalig waren (en dan spreek ik van twee jaar geleden) zoals
Fifty-fifty/Vyftig-vyftig zijn voor 90 % Engels geworden, de meeste
programma's in Afrikaans zijn geschrapt en daarvoor in de plaats daarvan zijn
er veel meer Engelse programma's bijgekomen, en in alle openbare instellingen
wordt Afrikaans gemeden. Het 'Poskantoor' mijdt Afrikaans tegenwoordig,
officiële brieven van de gemeenten aan de burgers worden alleen in het Engels
geschreven (zelfs in Afrikaanse 'bolwerken' als Bloemfontein) en het is zo dat
als bedrijven modern willen lijken, ze overgaan op Engels als reclametaal en
omgangstaal (daarom; petje af voor bedrijven als Sanlam en de OK-Bazaar die in
het Afrikaans blijven adverteren). Ook de verslagen van de vergaderingen in
het Parlement — de 'Hansard' — zijn alleen nog in het Engels omdat 'het anders
te veel geld gaat kosten voor drukwerk', zo klinkt het. Met de reden dat
Zuid-Afrika zich zo meer internationaal profileert wordt de eigen bevolking
Engels opgedrongen. Met het doorvoeren van een verdere uitbreiding van het
Engels en een verdringing van Afrikaans gaat men er echter aan voorbij dat
zowel blank, bruin als zwart in Zuid-Afrika Afrikaans beter begrijpt dan
Engels. Het is duidelijk dat er iets anders dan praktische overwegingen
gemoeid zijn bij het beleid van terugdringing van het Afrikaans. Veel Engelstaligen in Zuid-Afrika kunnen
zich goed vinden in de actieve afkalving van Afrikaans. 'Afrikaans is
ouderwets', hoort men vaak. Wederom een emotionele drogreden; Afrikaans is —
op het Faerëers na — de modernste taal van de Germaanse taalgroep en zij is
véél jonger dan het Engels, maar de associaties die het Afrikaans oproept bij
de mensen is enkel te wijten aan het feit dat Afrikaans de voertaal van de
oude, blanke machthebbers was. Niettemin spraken vele tegenstanders en/of
slachtoffers van de Apartheid (Breyten Breytenbach, Pieter-Dirk Uys, André P.
Brink, de bruinmense, de Griekwa's en vele zwarte burgers) ook Afrikaans. De
laatste tijd noemt het ANC de mensen die zich sterk maken voor de eigen taal
'racisten' en waarschuwt deze partij die mensen voor hun toekomst: "Je kunt
beter met ons zijn dan met oude racisten", daarbij de NNP (Nuwe Nasionale
Party) en de andere meer pro-Afrikaanse partijen diskwalificerend als
racistisch, op grond van de overheersende (d.i. echter louter demografisch en
sociologisch bepaald) huidkleur binnen die partijen. ANC's Nelson Mandela
gebruikt deze terminologie en deze smet op Zuid-Afrika's geschiedenis voor het
terugdringen van een taal. Dat zijn totaal andere geluiden dan toen Mandela
nogal eens in vloeiend Afrikaans de Nederduitsch Gereformeerde Kerk toesprak
en op bezoek kwam bij Betsie Verwoerd (de echtgenote van 'mr Apartheid' H.F.
Verwoerd) in het Afrikaner dorpje Orania dat een groeicentrum moet vormen voor
een toekomstige Afrikaner volkstaat. Nee, Mandela maakt zulke gebaren niet
meer omdat deze anders hypocriet zouden overkomen wanneer hij tegelijkertijd
deze taal probeert te verdringen. Mandela verhardt de actie tegen het
Afrikaans en de invloed die haar sprekers op de samenleving heeft en het lijkt
erop dat in Nederland niemand zich daar echt een mening over heeft gevormd of
men beseft onvoldoende wat dat alles inhoudt voor Afrikaanstaligen; althans,
wie zou vermoeden dat Mandela het zo gemunt zou hebben op een taal? Negatieve
trekken bij deze regering te ontdekken is moeilijk denkbaar: het gaat immers
goed in Zuid-Afrika, WANT gerechtigheid geschiedt in deze republiek. In de
Nederlandse media zal niemand het ANC oneerlijke stellingen en een antipathie
jegens het Afrikaans (willen) verwijten omdat het langverbeide doel — een ANC
dat Zuid-Afrika regeert — immers bereikt is. Het is echter heel normaal dat
men kritisch blijft kijken naar welke regering of wat voor partij partij dan
ook, hoe politiek correct deze partij ook moge zijn en hoe gerechtvaardigd
haar macht ook zij. Nederland en Vlaanderen hebben iets met Afrikaans, dat
staat vast. Waarom zouden wij dan niet meer dan gemiddelde belangstelling
hebben voor het voortbestaan van die taal? De heer Paardekooper gebruikt de — bij dezen
gelanceerde — term Afro-Hollands. Daar heeft hij gelijk in. Echter, de
Amsterdamse invloed is aanmerkelijk minder groot dan beweerd. Toegegeven, Jan
van Riebeeck kwam uit Amsterdam, maar de Kaapse kolonisten kwamen veelal uit
Zuid-Holland. Vele jaren van bestudering van het Afrikaans met Nederlandse
dialecten daarbij als vergelijkingsmateriaal, heeft uitgewezen dat het
Afrikaans in feite een voortzetting is van Zuid-Hollandse dialecten. Men heeft
zelfs summier kunnen bepalen dat de oorsprong van het Afrikaans — of eigenlijk
de nauwste verwanten — de dialecten van het gebied tussen Rotterdam,
Bergambacht, Delft, Zoetermeer, de kust en het Westland zijn. Ook heeft het
Zeeuws een grote invloed gehad. Het is dan ook belangrijk het Afrikaans niet
als een vereenvoudiging van "het Nederlands" te beschouwen, maar als
een opmerkelijk product van Zuid-Hollandse dialecten. 'Het Nederlands" bestond
toen nog niet; het ABN was nog niet als zulks (nl. 'beschaafd' en 'algemeen')
erkend en gepropageerd, maar het bestond wel in de vorm van een handelstaal
tussen Amsterdam, Den Haag en Rotterdam. De meeste Kapenaars spraken van huis
uit niet deze handelstaal, maar aan de Kaap koos hun geleidelijk aan
veranderende dialect in veel gevallen wel voor de alternatieven die deze
handels- en ambtenarentaal bood. Sommige woorden in het Afrikaans zijn
opmerkelijk ABN, terwijl zij in bijna alle Hollandse dialecten zouden afwijken
van de ABN-vorm. Mogelijk speelde spraakverwarring in de Kaapkolonie hierbij
een rol. Zeer veel typisch Kaaps-Hollandse woorden in het Afrikaans zijn niet
aan de Kaap ontstaan maar werden — en worden nog — al in Zuid-Holland
gebezigd. Het Afrikaans is dus geen variant van het Nederlands (ik doel op het
ABN) maar van het Hollands, voor zover we het Hollands als groep binnen het
groot-Nederlandse taalgebied mogen beschouwen. Een ander belangrijk element
dat tot het Afrikaans heeft bijgedragen zijn de slaventalen en de talen van de
inheemse stammen, de Khoi en de San. Deze invloeden zijn meestal erg
duidelijk. Omdat deze talen niet of nauwelijks zijn beschreven of bestudeerd
moeten etymologen kijken naar nog in zwang zijnde resttalen als het Nama (voor
de Khoi- en Saninvloeden) en overeenkomsten met andere talen die beïnvloed of
zelfs gevormd zijn door slaventalen (zoals het Bahasa Indonesia en
verscheidene creooltalen). Zo hebben het Maleis en het Portugees als de talen
van de slaven het Afrikaans danig gevormd. Al met al, een fascinerende taal voor
Nederlanders en Afrikaanssprekenden, die moeite waard is uit te bouwen, te
bestuderen en lief te hebben. De heer P.C. Paardekooper heeft zich met zijn
staat van dienst een goed advocaat voor het Afrikaans getoond en daarnaast
neemt binnen zijn vakgroep Neerlandistiek de belangstelling en de
betrokkenheid van Nederlanders bij de situatie waarin het Afrikaans zich
bevindt, toe.
- Marcel Bas. Hierdie bladsy is laas bygewerk op 10 November 1999. |
Tweeten
Twiet